In april 2020 hadden wij onze eerste aarzelende gedachten over een ander huis, met tuin, dichter bij de natuur, rustiger, etc, etc. Vanaf september dat jaar begonnen we actief met zoeken en zoals in mijn laatste post eindigde de zoektocht naar een Haags huis in mei 2021. Vervolgens kregen we een nieuwe hobbel. Bedenken of en wat je anders wilt in het huis, zonder dat je er langer dan een kwartier bent geweest. Hulde aan de makelaarspraktijken…. We zetten een lijstje op rond verduurzaming: zonnepanelen, vloerverwarming. Vanaf juli 2021 zochten we naar een aannemer. Voorwaar geen sinecure. Dat lukte in november. En die is nu druk bezig. Want er is natuurlijk altijd meer met een huis aan de hand dan je zo op het oog ziet. Houtje-touwtje elektriciteit. Vloeren die niet jofel zijn. Muren van karton. Rookafvoeren die op de verkeerde plekken zijn neergehangen. En zand, veel zand onder de vloer waar de vloerisolatie moet komen…
Maar zand…? Was dat niet de bedoeling? Wonen op het zand is Haagse chic. De zandkant is de goede kant van de Laan van Meerdervoort. Aan de zandkant wonen de Hagenaars, de mensen met geld en poeha. Op het veen woonde het plebs. De Hagenezen, op slippers, in campingsmoking, rokend en met bier. Tegenwoordig is dit verschil wel zo’n beetje verdwenen. Een Hagenees is nu geboren in Den Haag en een Hagenaar komt van buiten. Dus ben ik straks een Hagenezenaar.
Maar dat zand? Dat was dus wel de bedoeling, want het is een fijne kant om te wonen in Den Haag. Maar het was niet de bedoeling dat het er onder de vloer letterlijk vol mee lag. We gaan zien hoe onze onvolprezen aannemer het allemaal weg krijgt. En het huis weer bewoonbaar gaat maken. Want dat is het nu mooi niet….. geduld. geduld. geduld. Hoe dan ook gaan we eind maart verhuizen.
Als ik die zandproblemen lees woon je straks niet ver bij mij vandaan. De huizen hier hebben een duidelijke eigen wil maar zijn toch o zo fijn om in te wonen. Welkom in het Haagsche